Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [Zo waarachtig als] God leeft, [3]Die mijn recht weggenomen heeft, en de Almachtige, Die mijner ziel [4]bitterheid heeft aangedaan! 3. Dat is, die mijn goede zaak, die ik tegen mijn vrienden heb, schijnt opgeschort en uit de hand gelegd te hebben om geen kennis daarvan te nemen en die door zijn oordeel af te handelen. 4. Dat is, zeer scherpe droefheid aangebracht. Vergelijk Ruth 1:20, en 2 Kon.4:27, en de aantekening.